Toen ik onlangs mijn blogpost Afknappers in Boeken in een paar boekgerelateerde Facebookgroepen deelde, kwam uit de reacties steeds een ding naar voren: dat het een enorme afknapper is als een boek te toevallig is, of als er opeens een konijn uit een hoge hoed komt. In literaire termen: deus ex machina.
Wat is deus ex machina?
Deus ex machina (spreek uit: dee-oes ex magina) is Latijn voor ‘god uit een machine’. De term komt oorspronkelijk bij de Grieken vandaan, daar heette het ἀπὸ μηχανῆς θεός (apo mêkhanês theos). Via het Latijn is de term in onze taal terecht gekomen. Deus ex machina stond vroeger voor de oplossing om, als een schrijver niet meer op een logische manier verder kon met het verhaal, een god op te voeren die dan in zijn/haar tekst het verhaal in een moralistisch kader plaatste en het verhaal op bovennatuurlijke wijze tot een goed einde bracht.
Tegenwoordig is de ingreep doorgaans niet meer via een god die alles goed maakt, maar wel nog een bovennatuurlijke ingreep of een plotwending/ontknoping die volledig uit de lucht komt vallen. Opeens het dagboek van de moordenaar vinden waarin hij alle moorden heeft opgeschreven, met een korte zoektocht op Google precies de juiste informatie vinden of op exact het juiste moment tegen de juiste persoon aanlopen. Dat soort kunstgrepen passen auteurs ook vandaag de dag nog toe. (Oke, dat dagboek misschien niet, maar de rest wel).
Waarom is deus ex machina irritant?
Simpel: omdat het afbreuk doet aan het verhaal. Vaak is het een noodgreep of een zwaktebod van de auteur, die deze noodgreep nodig heeft om het verhaal te redden. Soms probeert de auteur op deze manier te spelen met de grenzen van de logica en de werkelijkheid, maar ook dan vind ik het irritant, omdat er dan vaak als oplossing ‘een onverklaarbaar fenomeen’ wordt aangereikt. Dat is dus geen oplossing. Ik lees een boek om lekker te kunnen lezen (en in het geval van een detective te kunnen puzzelen), niet om te gaan stoeien met de grenzen van logica en werkelijkheid.
Een van de weinige genres waarin een klein beetje deus ex machina mag, is fantasy. Maar ook dan is de ‘plotselinge verschijning’ van iets of iemand aan regels gebonden (vaak als een personage in nood verkeerd) en je mag het als auteur niet te vaak gebruiken (want dan gaan zowel je personages als je lezers vertrouwen op deus ex machina, en dan is dus de spanning uit je verhaal). Daarnaast hoort er een bepaalde symboliek te zitten achter de voorwerpen/personen die zijn verschenen, of de magische kracht die de hoofdpersoon ‘opeens’ heeft.
En ja, ik snap ook dat je een toevallige ontmoeting nodig hebt om een romantisch verhaal te schrijven, maar als iemand steeds opduikt op de plek waar jij ook bent is dat niet romantisch, maar gewoon stalkergedrag. En er zullen vast misdadigers zijn die hun dagboek volschrijven met wat ze doen, maar dat dagboek verstoppen ze dan verdomde goed. En wat betreft Google: natuurlijk komt het voor dat je in een keer kan vinden wat je zoekt, maar als jij op zoek bent naar obscure informatie over een misdaad die tweehonderd jaar geleden is gepleegd, dan is de kans klein dat je die met een zoekopdracht op Google vindt, en de kans is miniem dat je een bekentenis van iemand die tweehonderd jaar geleden op sterven lag tegenkomt in de eerste tien zoekresultaten.
Neem je lezer serieus
In fantasy is een goed gedoseerde deus ex machina dus toegestaan, maar in (bijna) alle andere genres hoor je geen deus ex machina te gebruiken als auteur zijnde. Niet alleen omdat het een zwaktebod is en afbreuk doet aan je verhaal, maar ook omdat je de lezer vaak niet serieus neemt als je dit (te vaak) doet.
Want als jij als auteur je lezer niet serieus neemt, dan is de kans groot dat wij als lezers jouw boek niet serieus nemen. En dat is volgens mij niet wat je wil. Of wel? Nou dan. Stop met deus ex machina, met konijnen uit een hoge hoed toveren (tenzij je personage een goochelaar is) en te veel toevalligheden. Wij nemen jouw boek serieus, dan is het minste wat je kan doen ons als lezers ook serieus nemen.
Interessant stuk! Ik heb inderdaad de term Deus Ex Machina van mijn lessen Grieks geleerd. Hermes die plotseling verschijnt in een tragedie om te held te redden. Tja… Ik denk zelf vooral dat een plotselinge hulp nog uit te leggen moet zijn. Als ik “hè?” zeg wanneer er iets plotselings gebeurt dan is het waarschijnlijk niet helemaal goed doordacht.
LikeGeliked door 1 persoon